Het zijn moeilijke tijden voor Nederlandse zwembaden. Terwijl de regelgeving strenger wordt en de kosten hoger, wordt de geldkraan door gemeentes langzaam dichtgedraaid. Voor 20 tot 30 baden dreigt momenteel sluiting.
Afgelopen week nog besloot de Rotterdamse gemeenteraad dat Zwembad Schuttersveld in de wijk Crooswijk per 1 juli 2015 definitief haar deuren sluit. “Heel jammer”, aldus Rens van Overdam, die zich als voorzitter van de gebiedscommissie van Kralingen-Crooswijk fel inzette voor behoud van de zwemplek. “Het bad heeft een duidelijke sociale functie. Er is in de wijk veel armoede en obesitas.”
Het is geen uitzondering. Drie jaar geleden ging Atlantis, het laatste zwembad in de Groningse gemeente Pekela, kopje onder. Ondanks een protestmars, een handtekeningenactie en felle discussies in de gemeenteraad. “Ik heb mij er toen misschien wel het meest sterk voor gemaakt“, aldus Wilma Swarts, destijds een raadslid dat zelf om deze kwestie uit een kleine lokale partij stapte. Die had in het verkiezingsprogramma geschreven tegen sluiting te zijn. “Die belofte werd gebroken tegenover de burger die mede daarom op ons had gestemd.”
Steeds meer zwembaden dreigen ten onder te gaan. In 2003 waren er nog 770 openbaar toegankelijke zwembaden in Nederland. In 2012 waren er daar nog 700 van over. Het zijn de meest recente cijfers van het CBS, maar sindsdien zijn er waarschijnlijk nog meer baden dichtgegaan.
Nederland Zwemland
Nederland is zwembadkampioen: nergens ter wereld is de zwembaddichtheid per hoofd van de bevolking zo hoog. Het gevolg is dat kinderen vroeg leren zwemmen. Dat heeft positieve effecten. Ons land heeft inmiddels al aardig wat olympische zwemkampioenen heeft voortgebracht.
Maar nog belangrijker: de verdrinkingscijfers zijn in Nederland ondanks de overvloedige aanwezigheid van water 'gigantisch' laag. Volgens André de Jeu, voorzitter van de Vereniging Sport en Gemeenten, komt dat doordat de overheid na de oorlog enorm veel geld in zwembaden heeft geïnvesteerd.
Nog steeds gaat een substantieel bedrag naar het zwembadwater. Een derde van het totale sportbudget van de gemeentes gaat er naartoe. In de praktijk komt dat volgens De Jeu neer op ongeveer 450 miljoen euro per jaar.
Gemeentes en het grote zwembad-dilemma
Toch hebben veel zwembaden moeite om het hoofd boven water te houden. "Een zwembad is op zichzelf staand lastig rendabel te krijgen. Daar heeft het bijvoorbeeld een voordelig huurcontract voor nodig, ofwel een subsidie", zegt algemeen directeur Edzard Enschedé van Sportfondsen B.V. Dat bedrijf exploiteert zo'n driehonderd sportaccommodaties, waaronder veel zwembaden.
In de praktijk zijn vrijwel alle openbaar toegankelijke zwembaden in handen van gemeentes. Wel is de exploitatie meestal uitbesteed aan bedrijven als Sportfondsen, Optisport, Laco en SRO. Meer dan twee derde van de openbaar toegankelijke zwembaden werd in 2012 niet door gemeentes uitgebaat.
Maar omdat de exploitanten het deels van subsidie moeten hebben, zijn ze allerminst immuun voor de financiële staat van de gemeente. Want op subsidies kun je bezuinigen. “Zwembaden hebben het tegenwoordig lastig, doordat gemeentes steeds meer taken moeten uitvoeren met minder geld”, aldus Enschedé.
De sluiting van zwembad Schuttersveld in Rotterdam is volgens Van Overdam rechtstreeks terug te voeren op het feit dat de gemeente moet snijden in de uitgaven. De officiële verklaring voor sluiting van dat zwembad luidt dat er geen geschikte exploitant is gevonden, maar volgens Van Overdam is het "omdat de gemeente gewoon een hele duidelijke bezuinigingsopgave heeft".
Minder bezoekers
Het dichtdraaien van de subsidiekraan is niet het enige probleem. In de periode 2003-2012 daalden de bezoekersaantallen van zwembaden met bijna een kwart.
Volgens Marjolein van Tiggelen, woordvoerster van het Nationaal Platform Zwembaden-NZB, het kennisinstituut voor de Nederlandse zwembadbranche, speelt mee dat de interesses van mensen zijn veranderd. "Vroeger ging je, als je kon, elke dag in de vakantie naar het zwembad, maar tegenwoordig hebben mensen veel mogelijkheden in hun vrije tijd." Het helpt de baden ook niet dat in de meeste gemeenten het schoolzwemmen grotendeels is verdwenen.
Te veel dure binnenbaden
"Wat zorgelijk is dat je veel zwembaden met heel veel verliezen ziet", zegt VSG-voorzitter André de Jeu. "En dat komt eigenlijk doordat we in Nederland in verhouding vrij veel badwater hebben."
We hebben in Nederland eigenlijk te veel (dure) zwembaden. Dat is terug te voeren op het feit dat een fors deel van de aardgasbaten eind jaren ’70 en begin jaren ’80 in het voorzieningenniveau werd gestopt: veel gemeentes vonden het belangrijk om ook een binnenbad te hebben en konden zich een dergelijke uitgave ook veroorloven.
"De technische levensduur van een gebouw is gemiddeld 40 tot 50 jaar, maar bij een zwembad is dat nog veel korter. Mede door de hoge temperaturen en doordat het vaak intensief wordt gebruikt”, aldus onderhoudsmanager Marc Vierboom van Optisport Exploitaties BV. "Veel gemeentes moeten dus een besluit nemen. Gaan we verbouwen, zetten we een nieuw zwembad neer of sluiten we de boel?"
De bal ligt bij de politiek
In veel gemeentes ligt de vraag nu op tafel: hoeveel geld is een zwembad eigenlijk waard? Dat bleek ook tijdens de kennisdag die de VSG op 9 april organiseerde over sportfaciliteiten en zwembaden. "In vrijwel alle gemeentes waar dat van toepassing is, is het zwembad vorig jaar na de gemeenteraadsverkiezingen opgenomen in het collegeakkoord. Er wordt dus over gesproken, of het gaat op de korte termijn gebeuren", aldus André de Jeu. Hij schat dat momenteel voor 20 tot 30 zwembaden sluiting dreigt.
Overigens is het niet zo de bedreigde zwembaden sluiting ineens boven het hoofd hangt, benadrukt de VSG- voorzitter. "Naast dat zwembaden op sportief gebied heel belangrijk zijn, vervullen ze ook een maatschappelijke functie. Gemeentes zullen er vaak alles aan doen om het open te houden. Dus het feit dat er sluiting dreigt voor een aantal zwembaden betekent zeker niet dat ze allemaal dichtgaan."
Nederlanders vinden een zwembad erg waardevol. Een paar jaar geleden bleek uit een onderzoek van het Mulier Instituut dat 93 procent van de personen tussen de 11 en 80 jaar een zwembad ziet als een basisvoorziening in een gemeente. Belangrijker dan bijvoorbeeld een stadspark of bibliotheek.
"Er worden ook nog altijd zwembaden bijgebouwd, elk jaar weer", aldus De Jeu. Daar is Van Tiggelaar van het kennisinstituut het mee eens. "Het zwembad zal nooit helemaal uit Nederland gaan verdwijnen. Daar ben ik van overtuigd."
Gemis zwembad Oude Pekela verdwenen
In Oude Pekela is de storm rondom Atlantis inmiddels gaan liggen. Volgens voormalig raadslid Wilma Swarts is het gemis van het bad langzaam weggeëbd. Het gebouw is inmiddels omgebouwd en fungeert tegenwoordig als multifunctioneel centrum.
Voor zwemlessen of verenigingsactiviteiten kunnen burgers terecht in een naburig zwembad. Swarts: "In het begin was dat natuurlijk best wel moeilijk voor iedereen, maar ik hoor eigenlijk zelf niet veel mensen meer over het zwembad. Alleen de manier waarop het politiek is gegaan, dat zit veel mensen niet lekker."
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl